Tijdens de Tweede Wereldoorlog produceerde NSU uiteraard militair materieel, waaronder het bekende Kettenkrad dat tot 1949 werd geproduceerd. In 1949 begon men weer civiele motorfietsen te bouwen, maar al eerder, in 1947 werd een contract gesloten met Innocenti om de Lambretta-scooters in licentie te produceren. Aanvankelijk waren dit in Italië geproduceerde scooters die licht aangepast werden, maar in 1951 werden ze geheel in Duitsland gebouwd. Deze scooter-productie eindigde in 1959.
In de jaren vijftig vierde NSU triomfen op de racecircuits met de revolutionaire 125 cc en 250 cc racemotoren. Het revolutionaire was gelegen in de nokkenasaandrijving door middel van twee excentrische drijfstangen. In 1957 deed NSU de motorfietsproductie gedeeltelijk over naar de Joegoslavische Pretis-fabriek om zich meer op de automarkt te kunnen concentreren. Wel werden er nog een tijdje Lambretta-scooters gebouwd, en daarna nog de NSU Prima-scooter. In 1965 werd de motorfietsenproductie beëindigd.
De NSU Prinz 1000 werd in 1964 geïntroduceerd met een viercilinder 996 cc motor, de eerste naoorlogse NSU met een viercilindermotor. De auto was gebaseerd op de NSU Prinz 4, maar had een grotere carrosserie. De auto had een heckmotor.
- 4 cilinder motor
- 996 cm³
- Sterke 43 of 40 pk
- Max snelheid: 130 km/u
- Acceleratie: 0 tot 60 km/u in 8 sec
- Afmetingen (in mm): lengte 3743 - breedte 1490 - hoogte 1364
- Gewicht: 620 kg
- Productie: 207.628 exemplaren
Geen opmerkingen:
Een reactie posten